|
Macht gaat boven recht |
|
Mee gevangen, mee gehangen |
|
Men eert de boom om zijn vruchten |
|
Men is nooit te oud om te leren |
|
Men kan geen ijzer met handen breken |
|
Men kan geen twee dingen tegelijk doen |
|
Men kan geen twee heren dienen |
|
Men kan geen veren plukken van een kikker |
|
Men kan het niet ieder naar de zin maken |
|
Men kan zijn afkomst niet verloochenen |
|
Men moet de dag niet loven, voor de avond voorbij is |
|
Men moet de huik naar de wind hangen |
|
Men moet de tering naar de nering zetten |
|
Men moet een gegeven paard niet in de bek zien |
|
Men moet een ongeluk geen bode zenden |
|
Men moet geen halleluja zingen voor het Pasen is |
|
Men moet geen oude koeien uit de sloot halen |
|
Men moet geen oude schoenen weggooien, voor men nieuwe heeft |
|
Men moet geen slapende honden wakker maken |
|
Men moet geen wespennest verstoren |
|
Men moet het bloempje plukken, terwijl het bloeiend is |
|
Men moet het ijzer smeden, als het heet is |
|
Men moet het paard niet achter de wagen spannen |
|
Men moet huilen met de wolven, waarmee men in het bos is |
|
Men moet niet oordelen naar de schijn |
|
Men moet niet op het uiterlijk afgaan |
|
Men moet niet te veel hooi op zijn vork nemen |
|
Men moet roeien met de riemen, die men heeft |
|
Men moet zijn neus niet in andermans zaken steken |
|
Men noemt geen koe bont, of er is een vlekje aan |
|
Men weet nooit hoe een koe een haas vangt |
|
Met beloften paaien |
|
Met de benenwagen gaan |
|
Met de hoed in de hand komt men door het ganse land |
|
Met eendracht wordt het huis gebouwd, door tweedracht stort het in |
|
Met grote heren is het kwaad kersen eten |
|
Met lenen maakt men vijanden |
|
Met man en muis vergaan |
|
Met Sint Juttemis |
|
Met wie men verkeert, wordt men geëerd |